maandag 24 februari 2014

Mens en samenleving: muziek

Deze post bevat liedjes die volgens mij allemaal vragen stellen over de samenleving. De eerste link is telkens het liedje dat je kan beluisteren en bekijken via youtube, de tweede link bevat alleen de tekst. De tekst is het belangrijkste, daarin zit de betekenis. Je hebt dus niet per se de muziek nodig, je kan het ook lezen als een gedicht.

Als het net even anders was gegaan – Herman van Veen
https://www.youtube.com/watch?v=VViDy1TX7FI
http://www.songteksten.nl/songteksten/16874/herman-van-veen/als-het-net-even-anders-was-gegaan.htm


Streets of London – Ralph McTell
https://www.youtube.com/watch?v=DiWomXklfv8
http://www.cowboylyrics.com/lyrics/mctell-ralph/streets-of-london-11077.html


De woede van de armoede – Frank Boeijen
https://www.youtube.com/watch?v=3FqnvOsN2gQ
http://www.songteksten.nl/songteksten/14005/frank-boeijen/de-woede-van-de-armoede.htm

Mens en samenleving 5: Paul Verhaege: Inleveren voor of tegen het neoliberalisme, punt 4

4. Neoliberalisme beïnvloedt meer dan ooit het onderwijs. Kinderen en jongeren worden aangespoord zo goed mogelijk te presteren. Dan zal je in het latere beroepsleven goed werk hebben en goed verdienen en een comfortabel leven hebben. Er is al een voorstel gekomen om kleuters te screenen of hun vaardigheden zodat ze meteen de juiste economische richting konden worden uitgestuurd. Een ander voorstel: universiteiten moeten de juiste competenties ontwikkelen bij hun studenten zodat ze rechtstreeks in het bedrijfsleven kunnen instappen. Kiezen ze een richting die economisch geen betekenis heeft, worden ze afgestraft met hoger inschrijvingsgeld en een kortere of geen uitkeringsgerechtigde periode. Vroeger waren de doelstellingen van onderwijs: de jongeren kansen geven hun competenties uit te bouwen om alle kansen te krijgen om hun eigen weg te gaan. Nu is het doel: zelfmanagement en ondernemerschap: jongeren moeten zichzelf beschouwen als een bedrijf waarbij kennis en vaardigheden alleen van economisch belang zijn zodat ze hun marktwaarde kunnen verhogen. Onderwijs is competentie-onderwijs geworden, onder invloed van het neoliberalisme. Kinderen en jongeren van nu stellen dus meteen de vraag: wat levert het op voor mij? Dan gaan ze zeuren over het egoïsme en materialisme van de jeugd. Succes is het nieuwe levensdoel. Het goede leven is niet meer belangrijk. De nieuwe norm is effectiviteit, het doel is materiële winst en de deugd is hebzucht.
Degenen die er niet in slagen een goede job met een goed salaris te vinden, die zijn losers. Sommigen van die losers komen in opstand maar de meesten worden sociaal angstig, autistiform, depressief en hyperconsumerend. Zelfdoding wordt uitgedrukt als economische kost in plaats van de onleefbaarheid af te meten met het aantal drop outs, waarvan zelfdoding de meest definitieve vorm is.
Waarom komt er geen protest? Waar is onze kritische zin naartoe? De neoliberalistische manier van denken maakt al deel uit van onze identiteit, het dicteert het gewone leven en het onderwijs. Zonder dat we het beseffen, denken we zelf neoliberaal en voeden we onze kinderen zo op.


 
Screenen bij kleuters om hen al op de juiste weg te kunnen zetten naar de arbeidsmarkt? Universiteiten mogen alleen richtingen stimuleren die goed zijn voor de economie? Studenten mogen niet meer hun hart of hun gevoel volgen en kiezen voor iets wat ze leuk vinden? Is het niet bewezen dat tevreden werknemers beter presteren? Of heb ik dat verkeerd opgevangen? Wie zijn eigen weg niet kan kiezen, kan toch niet 100% tevreden zijn? Wie niet tevreden is, zal dat toch geen volledige werkloopbaan volhouden? En wat met de mensen die het niet aankunnen om een diploma te behalen en goed te verdienen, moeten we die echt als afval beschouwen en links laten liggen? Eigen schuld, dikke bult? Elk voor zich? Nee, zeker niet! Maar hoe pakken we het aan? Paul Verhaeghe geeft al enkele oplossingen: er bestaan economische oplossingen, de politiek moet veranderen, moet beslissingen durven nemen die zorgen dat economie terug ondergeschikt wordt aan de maatschappij. Onderwijs moet opnieuw veranderen, niet meer met de nadruk op effectiviteit. Er moet geïnvesteerd worden in sociale netwerken. Ok, akkoord. Maar ik kan daar toch niks aan veranderen? Ik zit niet in de politiek, heb ook helemaal geen interesse om me daarmee bezig te houden, ik kan geen beslissingen nemen op dat niveau? Ik kan wel, eens ik leerkracht ben, proberen bepaalde waarden door te geven die opnieuw solidariteit, respect, samenwerking, geluk,… bevorderen. Ik kan ook proberen rekening houden met het feit dat neoliberalisme al in onze identiteit zit, en dat ik daar moet tegenin gaan. Invloed komt uit de omgeving. Maar wij zijn de omgeving. We moeten terug naar het ‘goede leven’, voor onszelf, en voor de ander. Eén probleem: hoe doe ik dat concreet? En hoe hou ik dat vol in een samenleving die verandering tegenwerkt?

 
Los van het artikel van Paul Verhaeghe heb ik nog een bedenking. ‘Het Westen’ valt overal binnen en willen of niet, de plaatselijke bevolking past zich aan aan de Westerse gewoontes. Lang geleden gebeurde dat met de Indianen, de Aboriginals, de Inuit,… Dat waren volkeren die leefden van de natuur. Ik zeg niet dat ze een gemakkelijk leven hadden maar ze leefden ‘in harmonie met de natuur’. Ze hadden er respect voor en namen alleen wat ze nodig hadden om te overleven. De Westerlingen vallen binnen en sluiten hen op in reservaten, leren hen slechte gewoontes zoals alcoholgebruik (klinkt stom maar heeft een zeer grote invloed om mensen die daar nog nooit mee omgegaan zijn), ze maken hun hele leefwereld kapot en tonen allesbehalve respect voor de mens noch natuur. Dit zijn voor mij de duidelijke voorbeelden. Maar ik ben er zeker van dat er nog volkeren zijn die beter nooit kennis hadden gemaakt met comfort, geld, winst, egoïsme,… Landen die in armoede leven, daar moeten we gaan helpen. Ik hoop alleen dat wij niet, zover terug in de tijd, de oorzaak waren van die armoede… Bij ons is ook niet alles rozengeur en maneschijn, waarom gaan wij onze levensstijl dan opdringen aan anderen?

Mens en samenleving 4: Paul Verhaege: Inleveren voor of tegen het neoliberalisme, punt 3

3. Neoliberalisme is levensgevaarlijk op psychologisch vlak: het haalt het slechtste boven in de mens en onderdrukt het goede. Solidariteit is een luxe geworden. Het belangrijkste is dat je meer verdient dan de concurrent. We bouwen geen banden meer op met collega’s en we voelen ons niet meer emotioneel betrokken bij ons werk, het bedrijf of de organisatie. De ander (de concurrent) wordt te bedreigend, we krijgen faalangst en frustraties en werken dat uit op de zwakkeren. Zo ontstaat pestgedrag op het werk. We krijgen minder autonomie en worden afhankelijker van waarden en normen die niet meer vanuit onszelf komen. Dit wordt infantilisering van de werknemers genoemd. Volwassenen krijgen woedeaanvallen, zijn jaloers, liegen en bedriegen, en koesteren wraakgevoelens. Dat is het gevolg van een systeem dat zijn werknemers behandelt als kleine kinderen, volwassenen die niet autonoom mogen denken en werken.
Het zelfrespect wordt aangetast doordat er geen erkenning meer is voor het gedane werk. De huidige werknemer vraagt zich af: Wie heeft mij nodig? Voor steeds meer mensen is het antwoord: niemand. Ze worden een steeds groeiende groep ‘menselijk afval’. Als je niet slaagt op economisch en maatschappelijk vlak, dan krijg je gevoelens van schaamte, schuld en vernedering.

De mens is op zichzelf aangewezen, verantwoordelijk voor zijn eigen leven. Hij moet geen hulp verwachten van anderen, integendeel, concurrentie is het enige dat je kan krijgen. Hij hoeft zijn werk niet leuk te vinden, alleen de beloning in de vorm van zijn salaris en hier en daar een bonus voor een overwinning op de ander. Mag het zo zwart-wit gesteld worden? Ik hoor toch vaak in mijn omgeving: ik wil mijn job graag doen want het is tenslotte nog lang voor ik op pensioen kan gaan, of, het is tenslotte voor meer dan de helft van mijn leven. Ik ben toch niet de enige die op zoek is naar een zinvolle job, waar ik voldoening in vind, tussen fijne collega’s, met een ander doel dan het bedrijf vooruit helpen? Akkoord, je kan tegenwoordig niet meer zonder diploma en werk als je een minimum aan comfort wil hebben. Als je dat diploma niet hebt en geen job vindt die je graag doet, dan neem je gelijk wat aan, om toch iets van geld te verdienen zodat je je huur kan betalen, een brood kan kopen en warme kleren hebt in de winter. En er zijn meer mensen dan je kan vermoeden die zelfs dat niet kunnen bereiken. Toch lopen ze daar niet mee te koop, wringen zich in alle mogelijke bochten om het niet te moeten toegeven hoe moeilijk ze het hebben, omdat ze beschaamd zijn, ze vinden het vernederend. Maar is het hun eigen schuld?
Infantilisering wekt protest, woede, jaloezie, frustratie op. Armoede zorgt ook voor protest en jaloezie en frustratie. Dan ben ik niet verwonderd dat er steeds meer agressie en criminaliteit voorkomt. Dat is dan al meteen een van de mogelijke antwoorden op de vragen van het hoofdstuk in mens en medemens: waarom doen mensen elkaar pijn? Waarom bestaat er ellende? Waarom wint het kwade in de mens het van het goede? Er zit goed en kwaad in de mens en de mens zelf kan kiezen welke de bovenhand krijgt. Maar er is ook heel veel invloed uit de omgeving die het de mens moeilijk maakt om voor het goede te kiezen. ‘Het systeem’ heeft een slechte invloed.


Mens en samenleving 3: Paul Verhaeghe: Inleveren voor of tegen het neoliberalisme, punt 2

2. Neoliberalisme is een ramp op maatschappelijk vlak. In een periode van dertig jaar is er een enorme inkomenskloof ontstaan. In sommige landen bestaan alleen nog armen en rijken, geen middenklasse meer. Wat daarvan de gevolgen zijn: mentale stoornissen, tienerzwangerschappen, kindersterfte, agressie, criminaliteit, drug- en pillengebruik, dalende levensverwachting, slechtere lichamelijke gezondheid, slechtere onderwijsresultaten, verminderde gevoelens van veiligheid en geluk. Zowel voor de rijke klasse als voor de arme klasse! De Verenigde Staten van Amerika zijn een zeer duidelijk voorbeeld. Waarom blijven we hen als voorbeeld nemen?

Ik lees en hoor regelmatig over alle problemen in de wereld, of toch om te beginnen, in onze maatschappij. Maar ik kon nooit de vinger op de wonde leggen. Waarom is al die ellende er en wat is de oorzaak. Het betoog van Paul Verhaeghe lijkt me een logische verklaring. Verrassend is wel dat de problemen bij armen én bij rijken voorkomen. Armoede, lage scholing, slecht betaalde job, slechte woningen, ziektes, niet meer kunnen gaan werken, kinderen in armoede opvoeden met lage scholing,… dat is een vicieuze cirkel die iedereen kent. Maar bij de rijken? Dan denk ik: ouders die altijd onderweg of op het werk zijn, kinderen die vaak alleen thuis zijn, materialistisch verwend worden om het gebrek aan aandacht te compenseren, verveling, met foute vrienden optrekken, gezondheidsproblemen, fastfoodgebruik, nog meer gezondheidsproblemen, geen motivatie voor schoolprestaties,… Zou ik op het juiste spoor zitten? Agressie en criminaliteit zijn er dus niet alleen omdat er slecht in de mens zit. Het bestaat ook omdat het systeem niet werkt zoals het zou moeten werken?

 

Mens en samenleving 2: Paul Verhaege: Inleveren voor of tegen het neoliberalisme, punt 1

Paul Verhaeghe: Inleveren voor of tegen het neoliberalisme

Via Delicious kregen we een website waarop het volledige betoog van Paul Verhaeghe uitgeschreven staat. Wat je hieronder vindt, is wat volgens mij de belangrijkste punten zijn, een samenvatting.

Voor de volledige tekst:
http://westrikeback.vooruit.be/wp-content/uploads/2012/01/LezingPaulVerhaeghe-Neoliberalisme1.pdf
Ik geef vier punten weer die hij aangeeft als probleempunten (in klein lettertype). Daarna kan je mijn persoonlijke bedenkingen lezen (groot lettertype). Voel je vrij om te reageren.
1. Vroeger werd de maatschappij bepaald door het politieke, religieuze, economische en het culturele. Nu bepaalt alleen nog het economische de maatschappij. Alles is een product geworden. Alles moet geld opbrengen. Je bent zelf verantwoordelijk voor je succes of mislukking, de mythe van de self made man. Het neoliberalisme is overal aanwezig (economie, zorg, onderwijs, media,…) en heeft ondertussen onze identiteit gekleurd. De mens is egoïstisch en corrupt, uit op eigen voordeel en genot, gaat altijd de concurrentie met de ander aan. Een mislukking op economisch vlak leidt onherroepelijk tot mislukking op maatschappelijk vlak en is een ramp op psychologisch vlak.

Ik had nog nooit van neoliberalisme gehoord. Als ik het opzoek op Wikipedia, word ik niet veel wijzer. De oorspronkelijke betekenis: “de prioriteit van het prijsmechanisme, het vrije ondernemerschap, het systeem van concurrentie en een sterke en onpartijdige staat."  Ondertussen is de betekenis veranderd en weet niemand nog wat het precies betekent. Wel is het duidelijk dat het een negatief woord is. Ik ben absoluut niet thuis in economische termen en situaties. Ik zorg voor mensen en hou me niet echt bezig met het ‘systeem’, ik draai er alleen in mee. Als ik het hele betoog van Paul Verhaeghe gelezen heb, besluit ik dat neoliberalisme betekent: alles in teken van winst, effectiviteit, succes. Ik hou me dus niet bezig met economie en winst maar ik ben wel elke dag bezig met het bedrag dat nog op onze rekening staat. Zullen we genoeg hebben tot het einde van de maand? Kan ik mezelf een extraatje veroorloven? Brengt mijn job genoeg op? Is er nog een andere oplossing om meer geld op de rekening te krijgen en toch nog te kunnen studeren? Dus ben ik wel bezig met geld. Ik volg een opleiding omdat ik met mijn huidig diploma niet vind wat ik zoek, een job die ik kan graag doen tot ik op pensioen ga en waarmee ik genoeg verdien om later een eigen huis te kunnen aanschaffen, kinderen op te voeden, elk jaar op reis te kunnen gaan,… Dus ik draai mee in het systeem. Mijn manier van tegen het systeem ingaan, is kiezen voor een job die ik leuk vind, niet voor een job die het meest opbrengt. Ik heb altijd al zo gefunctioneerd. Als ik nog op school zat, werd ik gestimuleerd om een vakantiejob te doen. Wat koos ik? Een job met een vrijwilligersvergoeding, iets dat ik graag deed en eigenlijk bijna niets opbracht. En dat alles (vakantiejob, huidige job en studie) was en is niet om bewust tegen het neoliberalisme in te gaan, want ik had er nog nooit van gehoord.

 

donderdag 20 februari 2014

Mens en samenleving 1: mijn omschrijving van onze maatschappij


Hoe zie ik onze maatschappij?
Je hoort te voldoen aan bepaalde verwachtingen. Je moet slim zijn, je moet mooi zijn, je moet veel geld verdienen, je moet hard werken, je moet gezond zijn,… Al wie daar niet aan voldoet is zwak, past niet, is lui,… Is de situatie nu erger dan vroeger? Geen idee, onze ouders en grootouders werden niet gestimuleerd om naar school te gaan, moesten zo snel mogelijk gaan werken, werkten zes dagen op zeven of meer, over problemen werden niet gesproken en je moest gewoon vooruit. Ik denk niet dat het leven gemakkelijker was. Nu ligt er een grote nadruk op presteren op school zodat je later zo goed mogelijk werk kan vinden zodat je voldoende verdient om een comfortabel leven te leiden. Mensen die niet zo gemakkelijk meekunnen op school, krijgen het effectief ook moeilijk later op de arbeidsmarkt. Zij krijgen slecht betaalde jobs, kunnen zich geen goed onderdak en eten veroorloven, worden ziek, kunnen niet meer gaan werken,… Ik denk dat iedereen de situatie goed genoeg kent. Maar als je zelf comfortabel leeft, dan hoef je je van de anderen niks aan te trekken. Het is elk voor zich.
Dit is geen oordeel. Ik zit in dezelfde situatie. Ik studeer zodat ik een goede job zou hebben die ik graag doe en die ik lang kan volhouden zodat ik later niet in de problemen kom. Daarnaast ga ik werken omdat studeren geen geld opbrengt. Naast de huur van een degelijk huis en de kosten voor verbruik en eten schiet er niet meer zoveel over. Naast het werken en studeren schiet er ook niet zoveel energie meer over voor contact met anderen, vrijwilligerswerk, inzet voor de natuur, voor de fiets in plaats van de auto. Cru gezegd draait al onze tijd en ons geld rond ons alleen (voor Christophe en mij). En volgens mij zijn wij niet de enigen in onze omgeving.


Daarnaast hoor ik meer en meer stemmen opgaan dat liefdadigheid niet op de goede manier gebeurt of niet met de juiste bedoeling. Ik ben van plan om het boek ‘De crisiskaravaan van Linda Polman’ te lezen en ik vond ook volgende site: http://www.hetgoedeleven.com/Samenleving/Samenlevingdetail/tabid/243/IndexID/63532/Default.aspx
 
Liefdadigheid is ook niet de enige manier om iets te doen voor een ander, dat besef ik goed. Maar ik denk dat bij velen de kennis ontbreekt. Ze zijn bezig met hun eigen hoofd boven water houden en kijken niet om zich heen. Ze zien niet wat er gebeurt en welke problemen er zijn. Ik volgde het programma Birth day van Lieve Blancquaert op tv en las het boek. Ik krijg op Facebook elke dag een berichtje van UNICEF. Het is confronterend als je ziet dat er zelfs in je eigen omgeving zoveel problemen zijn, mensen die leven in mensonwaardige omstandigheden. Weten dat het probleem er is, is een ding, weten wat je eraan kan doen is iets anders. Hoe kunnen we dat aanpakken? Hoe kan ik, op mijn eigen, mijn steentje bijdragen?

 
Op Delicious vond ik ook de site van BZN, Bond Zonder Naam. Ah, dat ken ik van de spreuken die bij mijn ouders opgehangen werden. Maar ik viel omver als ik zag wat er achter die spreuken zit: een opvanghuis voor gezinnen waar huiselijk geweld voorkomt, een project voor gevangenen, een sociale dienst, sensibilisering (‘Word echt rijk’), een ontmoetingsplaats voor eenzamen, een sociale kruidenier, een houtatelier, een kookproject, Nederlands leren aan anderstaligen, een stiltehoeve (ivm rust en spiritualiteit),… Dit allemaal vanuit het pluralisme. Uitleg vind je op de site zelf. http://www.bzn.be/nl/home

Eveneens op Delicious staat de link naar Living Values Education. Het is een Nederlandse website. Ze geven cursussen over het aanleren van waarden aan kinderen in het onderwijs. Ik heb meteen contact opgenomen maar jammer genoeg bestaat er geen Belgische afdeling (meer). Toch onderhoud ik het contact en is het de bedoeling dat ik ooit zo’n cursus kan volgen, waarschijnlijk in Nederland, omdat ik het heel interessant vind en mezelf kan vinden in hun standpunten. Misschien kan ik op deze manier bijdragen aan een maatschappij met betere waarden.
http://www.livingvalueseducation.nl/home.php
 
 
Beide bovengenoemde sites zijn niet verbonden aan een geloof, integendeel, zij pleiten ervoor dat we moeten leren aanvaarden dat er mensen zijn met verschillende geloven en uit verschillende culturen en dat we die mensen moeten aanvaarden zoals ze zijn, als mens. Daar wil ik nog aan toevoegen dat mensen daarvoor meer kennis moeten hebben over verschillende culturen, geloven, gewoontes, referentiekaders en dat ze zo gemakkelijker zullen open staan voor anderen. Onbekend is onbemind, dus, denk ik dan, bekend is wel bemind…?

dinsdag 18 februari 2014

Mens en medemens: muziek

Deze post bevat liedjes die volgens mij allemaal vragen stellen over dit thema. De eerste link is telkens het liedje dat je kan beluisteren en bekijken via youtube, de tweede link bevat alleen de tekst. De tekst is het belangrijkste, daarin zit de betekenis. Je hebt dus niet per se de muziek nodig, je kan het ook lezen als een gedicht.

Imagine – John Lennon
https://www.youtube.com/watch?v=yRhq-yO1KN8
http://www.lyrics007.com/John%20Lennon%20Lyrics/Imagine%20Lyrics.html


Another day in paradise – Phil Collins
https://www.youtube.com/watch?v=Qt2mbGP6vFI
http://www.lyricsfreak.com/p/phil+collins/another+day+in+paradise_20108035.html


Bridge over troubled water – Simon&Garfunkel
https://www.youtube.com/watch?v=C-PNun-Pfb4
http://www.lyricsfreak.com/s/simon+and+garfunkel/bridge+over+troubled+water_20124580.html


Lied van Ruth – My land is jou land - Stef Bos
https://www.youtube.com/watch?v=gSpIk3cmdNA
http://www.stefbos.nl/page/Liedteksten/detail/1827/Lied_van_Ruth

Mens en medemens 3: een casus

Een casus: Op een lerarenforum komt volgende vraag naar voor: http://www.lerarenforum.be/forum/viewtopic.php?t=2945&postdays=0&postorder=asc&start=0&sid=09c99e51dfd3107a665e229131619d30

Bij ons op school is een hele controverse ontstaan: de directeur meldde ons dat we een lln. die geen taak maakt, geen nul mogen geven! Neen: we moeten de lln. schriftelijk uitnodigen die taak te maken in de avondstudie of, indien nog steeds niet gemaakt, in de strafstudie. Indien de lln. dan nog steeds niets heeft gebakken van zijn taak, mogen we zeker geen nul geven, want dat is een sanctie. Volgens de inspectie(doorlichting) mag dat niet en als je dat als school toch doet, krijg je een ongunstig verslag. Bovendien, als een lln. door het niet binnenleveren van taken en de vele nullen niet zou slagen, krijgen de ouders altijd gelijk in de beroepsprocedure. Begrijpe wie kan. Graag jullie mening...
Daarop wordt gereageerd met verschillende argumenten en voorstellen:
-        Wat in het schoolreglement staat, daar kan de inspectie niets tegen beginnen, de ouders ook niet want ze hebben het moeten ondertekenen aan het begin van het schooljaar.
-        Vraag in het leerlingenparlement wat de leerlingen er zelf over denken?
-        Geen slecht idee om ze in de avondstudie te laten werken. Maar dan nog 100% krijgen is uitgesloten.
-        Als er een goede reden is waarom de taak niet gemaakt is, een tweede kans geven. Bij twijfel de ouders contacteren. En als er genoeg kansen verspild zijn, toch nul geven. Anders word je niet ernstig genomen door je leerlingen.
-        Wat als ze in de avond- of strafstudie een wit blad afgeven? Hoe moet het onderwijs kinderen dan verantwoordelijkheid aanleren?
-        Doorlichting zal niet struikelen over een nul voor nalatigheid, wel voor het ontbreken van een aanpak van nalatigheid.
-        Als we onze leerlingen gaan uitnodigen om de taak toch nog te maken, dan zullen ze zich nooit meer houden aan een deadline, want ‘ik mag de taak toch later nog afgeven’
-        Ouders hebben ook een verantwoordelijkheid in het stimuleren van huiswerk maken. Maar sommige ouders zijn niet geïnteresseerd.
-        Wat met sociale vaardigheden op stage en later werkveld: orde, netheid, presence, punctualiteit?
-        Soms heeft het ook geen effect als je een nul geeft. Zelfs niet bij consequent zijn.
-        Het geeft een enorme administratie als je minder punten gaat geven voor te laat indienen.
-        Wat doe je met taken van hoge kwaliteit die te laat ingediend worden? Kan je dan een nul geven?
-        Waarom huistaken geven? Waarom niet in de klas aan de computer zetten en zelfstandig laten werken?
-        Dan is er te weinig tijd voor de leerstof. Leerstof in de les, oefenen thuis.
-        Worden kinderen dan niet overbelast?
-        Als je taken meegeeft, laat noteren in de agenda, dan moet die taak op tijd afgegeven worden. We moeten de leerlingen  stiptheid, orde en discipline bijbrengen. Dat doe je niet met allerlei mogelijkheden aanbieden om de taak alsnog te maken.

Mijn idee nadat ik dit alles gelezen heb:
Het begint bij afspraken in het schoolreglement. Wat daarin staat moet gevolgd worden. Voor de leerlingen en voor de school. Dan zorg je dat je per taak een duidelijke datum afspreekt om in te dienen. Je legt de gevolgen uit als de taak te laat is, je krijgt een nul, of de taak nu van goede kwaliteit is of niet. Heeft de leerling een goede reden waardoor hij te laat is, eventueel met bewijs van de ouders, dan kan hij nog een tweede kans krijgen, niet meer. Als de taak ruim op voorhand wordt opgegeven, dan zou ik zelfs durven een tweede kans weigeren. Jongeren in het middelbaar onderwijs moeten leren plannen, werk verdelen, leren vooruit kijken. School is een leersituatie voor hoe het later zal zijn in het werkveld. Daar worden ook bepaalde verwachtingen gesteld. Als je die verwachtingen nakomt, je verantwoordelijkheid opneemt, dan zal je beter aanvaard worden, zal het werk ook aangenamer zijn. Als je niet wil werken (een blanco blad indient), dan kan je ook geen beloning verwachten. Consequent zijn is belangrijk, dat maakt het voor jezelf en de jongeren duidelijker. Deze hele situatie gaat tenslotte ook nog steeds over opvoeden, niet alleen over rechtvaardig zijn of streng of toegeeflijk. De leerlingen zitten nog steeds in een leerproces.

In het lager onderwijs is de situatie anders. Dat zijn echt nog kinderen. Je kan ook al verwachtingen stellen maar uiteraard wordt de lat lager gelegd en kan er vaker van de regels afgeweken worden voor individuele situaties. Ik heb er nog geen ervaring mee maar ik vermoed dat ouders bij lagere schoolkinderen beter betrokken zijn… Daardoor is samenwerking met ouders misschien gemakkelijker en wordt het kind dan door twee partijen ondersteund en gestimuleerd. Dat kan een goede invloed hebben als de kinderen naar het middelbaar onderwijs gaan.
Deze casus gelinkt met de cursus:
Mensen vormen relaties. Leerkrachten hebben een bepaalde relatie met hun leerlingen. Die relatie houdt in dat leerkrachten dingen moeten doorgeven aan de leerlingen, theorie, praktijk, sociale vaardigheden, wat goed en slecht is,…
Leerkrachten hebben hun eigen referentiekader, hun eigen idee over wat goed en slecht is. Dat referentiekader hebben ze opgebouwd tijdens hun hele leven. Ze zijn een stuk ouder dan de leerlingen, hebben meer ervaring, meer bagage. Zij hebben over het algemeen al een eigen standpunt over waarden en normen. Ze proberen dat door te geven aan hun leerlingen die nog zeer jong zijn, wel al dingen meegemaakt hebben en ook waarden en normen meekregen van thuis. Maar ze zijn nog erg beïnvloedbaar door vrienden, media, … Leerkrachten hebben een belangrijke rol in opvoeding van kinderen en jongeren, naast de minstens even belangrijke ouders. Alles wat ze nu leren is belangrijk voor later, als ze zelfstandig moeten leven, als ze volwassen zijn, als ze zelf eventueel kinderen moeten opvoeden. Ook dan zullen ze ervaringen opdoen en blijven leren, dat stopt nooit, maar dan zijn ze al meer gewapend tegen allerlei invloeden.


De grondhouding die ik (denk ik) zou aannemen als leerkracht: Ik ben echt, echt mezelf, en ik probeer rekening te houden met de mening en de situatie van de ander (de leerling), ik aanvaard hen zoals ze zijn, zonder twijfel.
Daarvoor is dialoog onontbeerlijk. Het is belangrijk met je leerlingen te praten, zo leer je hen kennen, binnen hun context. Je leert ook welke waarden zij belangrijk vinden. Zijn ze eerlijk, zijn ze te vertrouwen, zijn het ‘broekvegers’, hebben ze het moeilijk, hebben ze respect voor mij als leerkracht en voor hun medeleerlingen, nemen ze de verantwoordelijkheid voor hun opleiding,…? Dialoog is ook belangrijk zodat de leerlingen jou als leerkracht leren kennen. Wat zijn de waarden die ze bij jou kunnen herkennen? Respect, eerlijkheid en echtheid, empathie, verantwoordelijkheid, kunnen ze met je voeten spelen of ben je streng en consequent? Kan je ook weleens een uitzondering maken?

Als de leerling duidelijk maakt dat zijn taak niet afgewerkt is als de deadline verstreken is, heb je bepaalde informatie nodig over de reden. Is het een ‘geldige’ reden? Is de leerling eerlijk of probeert hij eronderuit te geraken? Is de taak ruim op voorhand gegeven? Hebben de leerlingen een zeer druk programma omdat het bijvoorbeeld examens zijn? Hobby’s vallen niet onder een druk programma in mijn visie. Ik ben opgegroeid met de waarde verantwoordelijkheid voor prioriteiten: school gaat voor alles, wordt het te druk door sport- en hobbyactiviteiten, dan zijn die de eerste waarin gesnoeid moet worden. Heeft deze leerling deze waarden? Heeft hij de verantwoordelijkheid om prioriteiten op te stellen?
Had de leerling een andere aanpak kunnen kiezen? Als de taak ruim op voorhand doorgegeven is, heeft de leerling zijn tijd goed verdeeld en de taak niet uitgesteld tot het laatste moment? Als het bijvoorbeeld gaat om ziekte of een doktersbezoek, dan kan er begrip voor opgebracht worden. Maar dan moet je erop kunnen vertrouwen dat de leerling eerlijk is. Dan kan je met de leerling bespreken hoe je het probleem kan oplossen, of er een nieuwe deadline opgesteld wordt en hij/zij dus een tweede kans krijgt, of dat hij meteen afgestraft wordt door een nul en waarom,…

Bij het overwegen of de leerling per uitzondering een tweede kans krijgt of niet, moet je rekening houden met het effect. Zal de leerling de tweede kans grijpen of zal hij die misbruiken en de volgende keer opnieuw een ‘smoesje’ verzinnen. Belangrijk daarbij is dat je dus de leerling en zijn situatie wat kan inschatten om zeker te zijn of het een smoesje is of niet. Een ander effect kan zijn dat medeleerlingen protesteren want zijn hebben wel hun taak op tijd ingediend. Of ze zien dat je flexibel bent en dat zullen ze eventueel ook eens testen.
Wat spontaan bij me opkomt als ik de casus bekijk: als leerkracht moet je grenzen stellen, zelf bij jongeren in het middelbaar onderwijs. Je stelt een deadline en houd je eraan. De leerlingen moeten hun verantwoordelijkheid nemen en zorgen dat ze de deadline halen. Toch mag je niet rigide zijn, onvermurwbaar, en moet je je ook kunnen inleven in de situatie van de leerlingen. Als ze eerlijk zijn en een goede reden hebben waarom ze te laat zijn, dan kunnen ze nog een kans krijgen, maar dat wordt persoonlijk besproken, niet voor de hele klas, en het blijft bij één kans (per taak, per leerling,…). Als ik dan punten zou aftrekken, daar ben ik nog niet over uit. Een tweede kans is een tweede kans… Je maakt je normen en waarden daarbij wel duidelijk aan de leerling.

Mens en medemens 2: verdere voorbeelden en bedenkingen


Verdraagzaamheid. In de klas, op het werk, in het verkeer, bij de buren, in je relatie(s),… Op het werk ben ik terecht gekomen in een goed team. Als iemand zich niet goed voelt, dan wordt dat zoveel mogelijk opgevangen door de collega’s. Soms worden daarvoor overuren gemaakt die terug opgenomen kunnen/moeten worden maar waarvoor dus weer iemand anders moet inspringen. Dat wordt telkens besproken, iedereen beseft dat het geen gemakkelijk probleem is want op den duur stapelen de overuren zich op. Ik heb het gevoel dat iedereen flexibel is en niet alleen aan zijn eigen situatie denkt. Ze houden rekening met elkaar. Deels om het werkbaar te houden in de groep, dat er geen frustraties zouden ontstaan, maar ook omdat deze mensen niet egoïstisch ingesteld zijn. Ze hebben mooie karakters (naar mijn ‘oordeel’). Hoe vaak vind je dat nog? Het gaat nu wel over een klein team, dat is nog iets eenvoudiger dan een grote groep mensen laten afstemmen op elkaar. Maar volgens mij is het zeldzaam.

 
Ik rij ook op werkdagen veertig minuten naar het werk en ook terug naar huis, uiteraard. Ik had gehoord dat trager rijden op de snelweg minder verbruikt en minder vervuilend is. Dus probeerde ik tussen de 100 en 110 km/uur aan te houden. Maar na verloop van tijd dacht ik, ik ben moe, ik zal 10 minuutjes langer slapen en ietsje sneller rijden. ’s Avonds werd dat: ik wil snel thuis zijn want dan kan ik nog naar de winkel of ik moet nog eten maken en het is al zo laat. En op den duur vergat ik dat ik het rustig aan zou doen. Ik hield me nog steeds aan de snelheidslimiet maar ik werd gehaaster en hield minder rekening met andere chauffeurs op de weg. Ik denk dat het voor veel mensen zo is, hoe vaker je op de baan bent, hoe assertiever, egoïstischer tot agressiever je wordt. Dan moest ik voor dit vak mijn ecologische voetafdruk berekenen. Dat was even schrikken. Daarna kwamen de ‘beloftes’. Wat kan ik veranderen om mijn voetafdruk te verkleinen? Trager rijden. Dan werd ik me opnieuw bewust van mijn eerdere voornemen. Als ik bewust trager ga rijden, dan ben ik minder agressief en egoïstisch. Ik neem minder risico’s en ik ben minder gestresseerd. Terwijl ik toch iets langer onderweg ben. Maar wat maken vijf minuutjes nu uit? Mijn knop is omgedraaid, ik heb de klik gemaakt. Jammer genoeg stoor ik me wel aan degenen die dat duidelijk nog niet gedaan hebben…

 
Agressie in het verkeer, op de bussen, treinen, in winkels, op straat,… heeft dat te maken met onverdraagzaamheid? Machtswellust? Onmogelijkheid om te betalen waardoor frustratie ontstaat (crisis)? Onbegrip? De kick van het geweld?
Geen enkele van deze redenen kan ik begrijpen; geweld kan ik niet begrijpen, om welke reden dan ook. Mijn conclusie van het hoofdstuk zingeving is dat mijn geloof, het geloof in het goede van de mens is. Iedereen heeft goed en kwaad in zich. Waarom komt bij de ene vooral het goede naar boven? Waarom kunnen sommigen genieten van geweld of van het kwellen van anderen of van macht hebben over een ander? Ben ik naïef als ik geloof in het goede van de mens? Hitler, Stalin, Dutroux, Mancini,… er zijn genoeg voorbeelden van mensen die ‘bewijzen’ dat het kwaad de bovenhand neemt. Kan ik blijven geloven in het goede? Er bestaat een verklaring van de rechten van de mens, er bestaat UNICEF, er bestaat Natuurpunt, er bestaat/bestond een moeder Theresa, een Ghandi, er zijn zoveel liefdadigheidsinstellingen en mensen die zich vrijwillig inzetten voor anderen. En toch, in persoonlijke situaties, kom je nog zo vaak bedrogen uit. Iemand waarvan je denkt er een goeie band mee te hebben, dat achteraf blijkt dat je dat verkeerd aangevoeld hebt. Moet je dan paranoïde worden? Want je zal nooit genoeg mensenkennis hebben om iedereen juist aan te voelen of in te schatten.
 
 
Ondanks al die goede bedoelingen, is er nog zoveel miserie in de wereld. Betekent dat dat het kwaad het goede overwint? Wat gaat er precies fout? Hoe kunnen we het aanpakken? In het hoofdstuk over de samenleving worden documenten en filmpjes aangereikt waarin een duidelijke oplossing staat. Maar ik heb altijd het gevoel dat het onmogelijk is om daar in je eentje aan te beginnen. Alles wat fout gaat, gebeurt boven ons hoofd. Of heb ik het mis? Als die oplossingen bestaan, waarom gebeurt er dan ogenschijnlijk niks in de goede richting? Of gebeurt het wel maar zodanig traag dat je de verandering niet opmerkt?
Zijn de liefdadigheidsinstellingen of de groepen met goede bedoelingen maar een druppel op een hete plaat?
http://www.hetgoedeleven.com/Samenleving/Samenlevingdetail/tabid/243/IndexID/63532/Default.aspx

Hoe kunnen wij aan kinderen het goede voorbeeld geven? Als ouder, oom of tante, als kinderverzorgster, leerkracht, buurvrouw,… Hoe? Want kinderen doen volwassenen na. Maar kunnen wij als volwassenen wel een goed voorbeeld zijn? Hebben we de juiste capaciteiten, overtuigingen, levensgewoontes,… Volwassenen hebben vaak een vol programma en te weinig tijd. Dan gebeurt het wel eens dat geduld hebben, het goede voorbeeld geven, het juiste doen, moeilijk wordt. Dan kies je als volwassene weleens de gemakkelijke manier. En wie kan je dat verwijten?
Ook kinderen denken na over goed en kwaad:  http://www.maarwieisgod.nl/module-1/video
De vraag van Therese (12 jaar): waarom doen mensen elkaar pijn? (8:35-10:50)
Ze vraagt aan een politieman: als jullie zo vaak foute dingen zien, raken jullie dan niet het vertrouwen in de mens of het goede in de mens kwijt? Antwoord: ja, dat komt wel eens voor. Maar dan is het goed om ook weer naar de positieve dingen te gaan kijken want er lopen ook heel veel mensen rond die het wel heel goed doen.
Hebben we dan gewoon goede en slechte mensen? Of zit het in iedereen om iets fout te doen? Antwoord: ik heb soms het idee dat het slechte een beetje in ons allemaal zit. Alleen, bij een hele hoop mensen komt dat slechte er gewoon niet uit. We weten op een goeie manier ermee om te gaan en we doen dus geen slechte dingen.
Waarom doen die mensen dan die slechte dingen? Antwoord: Dat is een heel moeilijk te beantwoorden vraag. Het heeft te maken met de manier waarop mensen zijn opgevoed, wat ze hebben meegemaakt, op school, in hun vriendenkring, dat zijn allemaal dingen waardoor mensen beïnvloed worden.

Een ander persoon vertelt: volgens mij beseffen ze vaak niet hoeveel kwaad ze een ander mens aandoen, of ze denken teveel aan zichzelf.

Mens en medemens 1: mijn gekozen waarde, voorbeelden en bedenkingen

Doe nooit aan een ander wat je niet graag zou hebben dat ze doen met jou. Dit komt uit de bijbel, niet letterlijk, want ik weet de juiste zin niet meer. Maar ik sta er wel volledig achter, achter de zin, niet de bijbel.

Je doet niet aan een ander wat je zelf niet graag zou hebben. Dat is een teken van respect: je vindt de ander gelijkwaardig, je bent niet beter dan de ander, je respecteert hem/haar.
Respect vertaal ik als: de ander in zijn waarde laten. Van daaruit komen zoveel andere waarden voort:
Vriendelijkheid, behulpzaamheid, empathie, echtheid, verdraagzaamheid, vertrouwen, eerlijkheid, gelijkwaardigheid, liefde/vriendschap, vrede/geweldloosheid,… Zonder respect zijn geen van deze waarden mogelijk.


Enkele voorbeelden en bedenkingen:

 
Ik word graag met respect en vriendelijkheid behandeld dus zal ik ook zo naar andere mensen toegaan. Als ik op straat iemand voorbijloop die in mijn gezicht kijkt, zal ik altijd vriendelijk lachen en knikken. Zegt die persoon goeiedag, dan antwoord ik onmiddellijk met een goeiedag. Maar jammer genoeg zijn er niet veel mensen meer die je nog aankijken. Als je naar een supermarkt gaat, dan kan het heel wisselend zijn. De ene kassabediende is gewoon beleefd, niet meer, niet minder. De andere is echt vriendelijk, maakt een praatje, ook al ben ik geen bekende. Ik vind dat al een heel verschil. Beleefdheid vind ik een minimum maar het is zoveel aangenamer als je eens een woordje kan wisselen, al is het maar over het weer, of het aantal klantenkaarten die je in je handtas zitten hebt en die je moet doorzoeken om de juiste te vinden,… Dat geeft meteen een andere sfeer. Onlangs gingen we naar een kledingwinkel en was ik zelfs echt positief verrast. Christophe zocht een bepaald soort broek voor een feest en de mevrouw die daar werkte liet haar werk in de steek en kwam ons helpen, bracht verschillende mogelijke broeken, nam degene aan die niet pasten, was helemaal niet opdringerig en heeft ons echt goed geholpen. Dat maakt het leven veel aangenamer, die kleine, vriendelijke, behulpzame momenten. In mijn werk probeer ik ook altijd vriendelijk te zijn naar de collega’s en ouders toe. Dat maakt dat je gesprekspartner vaak ook vriendelijker gestemd is en zo wordt de communicatie en het werk echt aangenaam. Je kan een slechte dag hebben en prikkelbaarder zijn maar vraagt vriendelijkheid een extra inspanning?
 

Ik denk wel dat mensen naar bekenden toe nog steeds vriendelijk zijn. Ook bij echte vrienden of vriendinnen. Maar ik heb ook al (te veel) meegemaakt dat er achter de mensen hun rug geroddeld wordt. Ik betrap mezelf erop dat ik soms ook meedoe, maar dan voel ik me wel schuldig en probeer dat de volgende keer te vermijden. Ik zou het heel erg vinden als er achter mijn rug ook zo over mij gepraat wordt, vandaar… Het is sowieso een slechte gewoonte, het getuigt niet van echtheid.
 
 
Veel mensen hebben goede bedoelingen en doen wat ze kunnen. Als ze daar dan niet altijd in slagen, wie zijn wij om te oordelen over een ander zijn leven? Niet iedereen heeft dezelfde capaciteiten, kennis, handigheid, kracht, uithouding,… om ieder onderdeel van zijn leven tot een goed einde te brengen. En niet iedereen maakt de juiste keuzes, ik zeker ook niet. Maar eens die keuze gemaakt is, kan je niet meer terug. Je kan alleen je best doen om niet alles in het honderd
te laten lopen, er het beste van maken.


 
Volgens mij mag je ook niet te snel oordelen over anderen, achter hun rug, omdat niet iedereen hetzelfde referentiekader heeft. Mijn waarden zijn voor een ander niet per se dezelfde waarden. Ik kijk met mijn bril naar het leven en de wereld, maar een ander zijn bril kan een andere kleur of model hebben. Daar moet je respect voor hebben. Niet iedereen hoeft dezelfde mening te hebben. Het kan ook heel wat helpen als je jezelf eens in de plaats van die ander stelt, jezelf empathisch opstelt. Dan ga je minder snel oordelen.

Mens en zingeving: muziek

Deze post bevat liedjes die volgens mij allemaal vragen stellen over de zin(geving) van het leven. De eerste link is telkens het liedje dat je kan beluisteren en bekijken via youtube, de tweede link bevat alleen de tekst. De tekst is het belangrijkste, daarin zit de betekenis. Je hebt dus niet per se de muziek nodig, je kan het ook lezen als een gedicht.

Is dit nu later – Stef Bos
http://www.youtube.com/watch?v=ugZUtCVkIaU&feature=kp
http://www.stefbos.nl/page/Liedteksten/detail/1230/Is_Dit_Nu_Later

De hemel – Stef Bos
http://www.youtube.com/watch?v=x_53NWPeBUM
http://www.stefbos.nl/page/Liedteksten/detail/1262/De_Hemel

De taal van mijn hart – Stef Bos en Amanda Strijdom
http://www.youtube.com/watch?v=i_xmPD28IA8
http://www.stefbos.nl/page/Liedteksten/detail/1279/De_Taal_Van_Mijn_Hart


De steen – Bram Vermeulen
http://www.youtube.com/watch?v=z0RxzT5oOo0
http://www.songteksten.nl/songteksten/71352/bram-vermeulen/de-steen.htm

Desperado – The Eagles
https://www.youtube.com/watch?v=9wv251-QUMk
http://www.azlyrics.com/lyrics/eagles/desperado.html


De bestemming - Marco Borsato
https://www.youtube.com/watch?v=QinABEXzutY
http://www.songteksten.nl/songteksten/22509/marco-borsato/de-bestemming.htm


(Hiervan heb ik geen video gevonden en het lukt me niet om een mp3-bestand in te voegen)

Spreek jij dezelfde taal?
Breng jij een ander verhaal?
Zie je uit naar het breken van het licht?
Dreigt voor jou de duisternis?
De zwarte nacht, het groot gemis?
stel je vragen waar niemand het antwoord op heeft?


Tussen donker en licht,
blijft de twijfel hangen.
En werp ik in de schaal het gewicht,
van een oneindig verlangen.
Je haalt me uit mijn context.
Ik raak het noorden kwijt.
Maar als ik in jouw woorden schuilen kan,
dan weet ik dat ik veilig ben.
Is dit nu het beloofde land?
De langverwachte andere kant?
Een nieuwe plek waar hoop een haven vindt?
Hoe lang blijven we onderweg?
Hoe lang plegen we overleg?
Hoe lang wacht ik op een baken van nieuw geluk?


Tussen donker en licht,
blijft de twijfel hangen.
En werp ik in de schaal het gewicht,
van een oneindig verlangen.
Je haalt me uit mijn context.
Ik raak het noorden kwijt.
Maar als ik in jouw woorden schuilen kan,
dan weet ik dat ik veilig ben.
Is het einde nu in zicht?
Zie ik jou met mijn ogen dicht?
Als ik kiezen zal, kies ik voor het licht…

maandag 10 februari 2014

mens en zingeving 6: zinvol leven

Ik gaf al aan dat ik kaarsjes een heel mooi symbool vind. Een symbool dat een beetje het geloof vervangt. Ook sterren worden op die manier vaak gebruikt. Een symbool voor een persoon die je mist. Dit tekstje mocht ik lenen van de mama van een kindje waar ik nog voor gezorgd heb. Het is een gesprekje tussen haar en haar zoon. Dit is het soort geloof dat ik aan alle kindjes wil meegeven.

Mijn kleine kereltje van bijna acht nestelt zich op mijn schoot.
Hij slaat zijn armpjes om me heen en zegt ‘Mama, ik hou van jou!’.
Ik glimlach, knuffel hem terug en zeg dat ik ook van hem hou.
‘Zelfs als wij elkaar niet zien zijn we toch bij elkaar, want ik ben in jou hart, en jij bent in mijn hartje’
Hij neemt mijn hand en legt het op zijn hart.
‘Later, als jij of ik een sterretje aan de hemel bent, dan blijven we in elkaars hart’
Ik kijk hem aan en zeg dat ik liever wil wachten tot hij groot en sterk is,
en mama heel oud om een sterretje te zijn.
‘Ja’ zegt hij ‘want als je een sterretje bent dan ben je niet verdrietig,
omdat je altijd bij de mensen bent, je mama kan zien.
Maar hier op de wereld ben je wel verdrietig, dan heb je traantjes,
omdat je alleen het sterretje kan zien aan de hemel, maar niet meer kan knuffelen, echt kan zien!
Dat sterretje in je hart doet dan pijn!’
Ik kijk hem verdrietig aan, zoiets wil je niet horen omdat je daar niet aan wil denken.
Maar ik glimlach en zeg dat hij gelijk heeft.
Ik knuffel hem, en zeg dat ik hoop dat het nog lang mag duren vooraleer één van ons een sterretje is.
‘Maar we zijn altijd in elkaars hart mama, altijd, zelfs als wij elkaar niet zien!’
Hij hupt van mijn schoot, neemt zijn hondje op zijn arm en loopt lachend naar buiten!
Ik weet even niet wat zeggen, getroffen door zoveel wijsheid en mooie woorden.
Mensen die ik mis, omdat ze voor altijd een sterretje aan de hemel zijn, dwalen door mijn gedachten.
Hilde Geldhof en haar zoon, gepubliceerd op Facebook.

Ik denk dat commentaar hierbij overbodig is…


In de film ‘A walk to remember’ zegt Jamie Sullivan: ‘Mijn geloof is als de wind. Ik kan het niet zien maar ik kan het voelen.’ Na haar dood zegt haar man Landon, die niet gelovig is: ‘Onze liefde is als de wind. Ik kan ze niet zien maar ik kan ze voelen.’
Beiden dezelfde vergelijking maar met een andere waarde.

In verschillende films heb ik al het concept ‘the bucket list’ leren kennen. Er is zelfs een film naar vernoemd, een aanrader voor iedereen die hem nog niet gezien heeft. Het gaat om een lijst die je zelf opstelt met dingen die je altijd al wilde doen en die je hoopt te kunnen realiseren voor je sterft. Meestal wordt zo’n lijst opgesteld door mensen die weten dat ze niet lang meer te leven hebben. Maar volgens mij zou dat iets kunnen zijn waar je elke dag of elk jaar of wanneer je er zin in hebt, mee bezig kan zijn, jong of oud, ziek of gezond. Iets verwezenlijken dat je altijd naar verlangd hebt, kan je toch heel veel geluk schenken. Tenzij je het overschat hebt natuurlijk. Ik ben nog niet begonnen met het opstellen van een bucket list maar het lijkt me wel een schitterend idee. Volgens mij is het evenwel niet gemakkelijk. Je kan er ook zoveel op zetten. Je kan het zo gek niet bedenken, als het voor jou belangrijk is, moet het erop.